Heuvelachtig Vlaanderen: ontdek een verhaal achter elke helling

De Kemmelberg

Als je door Vlaanderen wandelt, hou dan je ogen en oren open. Het landschap vertelt je namelijk vele verhalen. Want één getuigenheuvel, één terril of één tumulus zegt meer dan duizend woorden. Ontdek de verhalen achter Vlaanderens heuvels.

Vlaanderen heeft een rijkdom aan natuurlijk schoon, met dank aan de polders en duinen, beekvalleien en rivieren, velden, bossen en – niet te vergeten - heuvels. Die hellingen doen het Vlaamse landschap glooien en maken het mee tot een ideaal wandeldecor. Tijdens zo’n wandeling, leer je de verhalen achter die heuvels beter kennen. Stap mee en leg je oor te luister.

Getuigen van de geschiedenis

De zogenaamde getuigenheuvels zijn geologische formaties die ontstonden door ellenlange periodes van bodemerosie. Ze zijn als het ware getuige van hoe moeder natuur het landschap door de eeuwen heen transformeerde. Daarvan vind je enkele mooie voorbeelden in heel Vlaanderen.

In het zuidwesten van die regio tref je het toepasselijk genaamde Heuvelland. Dat gebied kennen we sinds de Eerste Wereldoorlog trouwens ook als Flanders Fields. Kuitenbijters zoals Kemmelberg en Zwarteberg zijn enkele typische getuigenheuvels.

Zo’n 65 kilometer richting het oosten, liggen de Vlaamse Ardennen. Die regio staat bekend als het decor voor de voorjaarsklassiekers in het wielrennen. Dat wielerfestijn ontleent zijn karakter onder meer aan enkele getuigenheuvels zoals Kluisberg, Hotond en Muziekberg. Nog wat verder richting het oosten vind je gelijkaardige heuvels in het Hageland, de streek rond centrumstad Leuven, en het Pajottenland. Deze streek ken je misschien als bakermat van het lambiek- en geuzebier. Glooiende landschappen bezaaid met boomgaarden en historische kastelen: een wandelwalhalla.

Muziekbos

Steenkoolmijnen tekenen het landschap

Limburg is de hoofdplaats van de gezelligheid. De mensen zijn er warm, de landschappen prachtig. Die panorama’s verwijzen trouwens ook naar het verleden van deze plek: de mijnbouw. Die speelde het grootste deel van de 20ste eeuw een essentiële rol in deze provincie. Verspreid over Limburg waren er vroeger zeven steenkoolmijnen. Die zijn al minstens een kwarteeuw gesloten, maar tekenen het landschap nog steeds. In de buurt van elk van die mijnen ontstonden namelijk ook mijnterrils. Dat zijn kunstmatige heuvels in de omgeving van voormalige steenkoolmijnen. Ze bestaan uit een ophoping van gruis en afval afkomstig van de mijnactiviteiten.

Vandaag zijn die allemaal overwoekerd door de natuur en maken ze deel uit van het landschap. Dat ontdek je zelf bijvoorbeeld in het Nationaal Park Hoge Kempen. Een van de zeven toegangspoorten tot dit landschap van bergen en meren luistert naar de naam ‘Terhills.’ Op deze plek draaide ooit een steenkoolmijn. Een prachtige wandeling leidt je van hieruit overheen die oude mijnterril, en leidt je van het ene naar het andere prachtpanorama.

Hoge kempen

Een 2.000 jaar oude knipoog

Waar de mijnterril knipoogt naar een recent verleden, neemt de tumulus (meervoud: tumuli) ons véél verder terug. Terug naar de Gallo-Romeinse tijd om precies te zijn, die ruim 2.000 jaar geleden begon. Net als de terrils zijn ook deze heuvels geschapen met mensenmacht. De grafheuvels werden gemaakt voor en gebruikt als begraafplaatsen boven het crematiegraf van een vooraanstaand persoon en zijn/haar familie. Tot op vandaag vormen die tumuli opvallende bakens in het landschap van vooral het zuiden van de provincie Limburg. Op de leembodem van Limburg en Brabant vind je nog enkele voorbeelden van deze statige grafheuvels. Het ontdekken waard.

Tumuli

Intussen is het wel duidelijk: noem een heuvel nooit zomaar een heuvel. Want elk van die hellingen staat symbool voor een weelde aan verhalen. En dat kan je deugddoende wandeltochten alleen maar verrijken.

Deze verhalen interesseren je misschien ook