72 uur in Belgisch Limburg, een goedgevulde oase van rust

Het startschot van onze driedaagse weerklinkt in Genk, aan C-Mine. Deze plek is de perfecte samenvatting van het verleden en heden van deze streek. Dit bruisende centrum van kunst, cultuur en erfgoed ligt op de vroegere steenkoolsite van Winterslag. Tot 40 jaar geleden was dat een van de vele actieve mijnen in deze regio. De restanten van dat verleden zijn voelbaar op deze site. De twee imposante schachtbokken torenen nog steeds boven het terrein uit. 

Die industriële monumenten prikkelen onze nieuwsgierigheid. De interactieve C-Mine Expeditie dompelt ons onder in dat mijnverleden. Tijdens deze avontuurlijke tocht door de oude tunnels luisteren we naar waargebeurde verhalen, geïllustreerd door animaties, hologrammen, bijzondere decors en speciale effecten. Aan het einde van de expeditie volgt nog een (letterlijk) hoogtepunt. We beklimmen een ruim 60 meter hoge schachtbok. Bovenaan worden we beloond met een prachtig panorama van Limburgs groen. 

We popelen om dat weidse landschap te verkennen. Dat doen wij op twee wielen met Fietsen door het water en fietsen door de heide. Die fietstocht voert ons door het groen, langs kunst en erfgoed, door het water (jawel, dat lees je goed!), de heide en een enorm nationaal park. Fietsparadijs Limburg was zo vriendelijk om onze gehuurde e-bikes aan C-Mine klaar te zetten. Ons fietsavontuur begint dus hier en nu.

Na amper twee minuten bevinden we ons al op een rustige weg, geflankeerd door metershoge bomen. Dit is onze eerste kennismaking met het Nationaal Park Hoge Kempen. Een deel van onze route leidt door dit prachtig natuurpark. Van uitgestrekte dennenbossen tot paarsbloeiende heides, van stuivende duinen en grote waterplassen tot hoge duintoppen. Dit Nationaal Park trakteert je op maar liefst 12.000 hectare aan ongerepte natuur.  

We fietsen dit natuurwalhalla binnen langs Kattevennen. Dat is een van de negen toegangspoorten van het Nationaal Park. Van daaruit ontdekken we een aantal bijzondere attracties. Eerst zien we het planetarium Cosmodrome, meteen erna komen we langs het bikepark. Daar laten waaghalzen op BMX en mountainbike hun kunsten zien. Wat verder houden we halt bij de Bliksemtrap. Die biedt ons een schitterend panorama over de omgeving.

En dan gaan we weer verder, richting een nieuw hoogtepunt: Fietsen door de Heide. Eerst brengt een imposante houten fietsbrug ons in hogere sferen. Zo trappen we tientallen meters boven de grond. Een bijzondere beleving. Meteen daarna duiken we de natuur in: we fietsen dwars doorheen de Mechelse Heide, kilometers lang.  

Van die Mechelse Heide gaat het naar Thorpark, een van de andere toegangspoorten van het Nationaal Park. Daar fietsen we onder een oude schachtbok door, nog zo’n herinnering aan de Limburgse mijngeschiedenis. Van dat verleden gaan we vliegensvlug naar het heden. Er wacht ons een flinke portie hedendaagse kunst. We parkeren onze fietsen aan het volslagen unieke LABIOMISTA. 

Zo heet het fascinerende universum van kunstenaar Koen Vanmechelen. Hij bouwt zijn heelal op de raakvlakken van kunst, identiteit, vruchtbaarheid en bioculturele diversiteit. Deze site is zowel beeldentuin, dierentuin en landschapskunst. We kuieren over zijn 24 hectare groot park door een prikkelende openluchttentoonstelling. We zien een mooi, maar bevreemdend aapje met een uilenkop. We zien een dorre boom in het goud geverfd. We maken kennis met de dieren: zowel rijen opgezette kippen als enkele levende alpaca’s, emoes en dromedarissen. De levensgrote bronzen sculptuur van een aasgier op een enorme menselijke hand is een van de hoogtepunten. 

Dat boeiende bezoek zindert nog na, wanneer we onze fietstocht voortzetten. Al snel volgt daar alweer alweer een nieuw avontuur: Fietsen door het Water. Een fietspad leidt ons recht door een enorme vijver. Het pad lijkt steeds te dalen, tot het water ons op ooghoogte staat. We lijken dwars door het water te klieven. En dat zonder nat te worden.

Na deze bijzondere ervaring fietsen we door naar de slothalte van vandaag: Bokrijk. Dit openluchtmuseum vertelt over het dagelijkse leven in lang vervlogen tijden. Na deze kleine tijdssprong, gaan we terug naar af: C-Mine. Daar leveren we onze trouwe huurfietsen weer in.   

Na een korte rustpauze – met een Belgisch biertje erbij – kuieren we nog eens over de site. Die wandeling brengt ons door een sculpturaal doolhof, en in het atelier van Studio Pieter Stockmans. Daar maken we kennis met deze zowel ambachtelijke als experimentele porseleinkunstenaar. En zo eindigt onze goedgevulde eerste dag in Limburg. We trekken naar het hart van Genk. Terwijl de avond valt, denken we al aan morgen:  een nieuwe dag vol avontuur!

(noot voor fervente fietsers: Limburg heeft héél wat te bieden, nog veel meer dan deze route laat zien. Zo haalt Fietsen tussen de Mijnterrils het mijnverleden echt naar boven. En Visit Limburg zet je graag op weg naar nog meer fietsplezier.)  

Onze wandeling start aan de Grote Markt, die omstreeks het jaar 1300 het levenslicht zag. Vandaag zien we hier een fijne mix van historische en hedendaagse architectuur. Wat verderop botsen we op de statige Virga Jessebasiliek. Daarbinnen vinden we het Virga Jessebeeld, uit de 14de eeuw. Dat speelt een belangrijke rol in de Hasseltse folklore.  

Om de zeven jaar dragen de Hasselaren dit beeld door de straten van de stad. Naast dat cultureel icoon bewonder je hier ook bijzondere wandtapijten, een barok hoofdaltaar en de grafkelders van twee abdissen van de Abdij van Herkenrode. Die laatste leren we later nog beter kennen. 

Via de sobere bakstenen van de Minderbroederskerk leidt de tocht naar het Oud Gasthuis. De knap gerestaureerde gevels doen nog terugdenken aan het ziekenhuis dat hier vroeger was. Meteen daarna stappen we het oud begijnhof binnen. In lang vervlogen tijden leefde hier een kleine gemeenschap aan ongehuwde, gelovige vrouwen: de begijnen. Vandaag is deze plek nog steeds een groene oase, vol historische gebouwen. Al zijn hier ook hedendaagse krachten aan het werk: in een imposant en hypermodern gebouw huist kunstencentrum Z33.   

Maar daar komen we straks nog op terug. Eerst stappen we verder. Via het Modemuseum en het Jenevermuseum, twee parels aan de Hasseltse kroon, bereiken we de eindbestemming van onze wandeling: de Sint-Quintinuskathedraal. Dit 11de-eeuwse bouwwerk en het omliggende plein vormen het historische hart van de stad. Vandaag is het nog steeds een deugddoende rustplek in centrum Hasselt. 

Na een korte rustpauze wandelen we een eindje terug, naar dat moderne gebouw in het begijnhof. Sinds 2020 is dit de thuis van Z33, een wervelend kunstencentrum. Achter zijn bijzondere buitenkant van ruitvormige bakstenen ontdek je hier tentoonstellingen, onderzoek en andere projecten rond hedendaagse kunst, design en architectuur. Het is er heerlijk verdwalen in een verrassend en prikkelend universum. Na dit artistieke uitstapje is het tijd voor een korte rustpauze. We maken een keuze uit de vele fijne restaurantjes in het hart van de stad. Zo komen we weer op krachten voor wat volgt. 

Na een welverdiende pauze, wandelen we stilaan weg uit het Hasseltse centrum. Via het bruisende Kapermolenpark komen we aan in de Japanse Tuin. Deze oase van rust is Europa’s grootste authentieke Japanse tuin. Die kwam er als symbool van de vriendschapsbanden tussen Hasselt en de Japanse stad Itami, ten noorden van Osaka.  

Deze plek doet je even wegdromen naar het verre oosten. Je wandelt het park binnen via een traditionele toegangspoort (‘Torii’), komt langs bijzondere altaren en een ceremoniehuis uit natuurlijke materialen. De vele Japanse kerselaars met hun adembenemende bloesems, waterpartijen, zigzagbruggen, de waterval en rotspartijen maken het plaatje compleet.  

Na deze kennismaking met een andere wereld, banen we ons een weg terug naar het centrum. We stappen door naar het treinstation van Hasselt. Daar nemen we de bus naar een totaal andere erfgoedparel: de Abdij van Herkenrode. Deze bijzondere plek ademt geschiedenis. De abdij werd al in de 13de eeuw gesticht. Ooit was ze de rijkste vrouwenabdij van de Nederlanden. Eeuwenlang was dit een veilige plek voor ondernemende, religieuze vrouwen.  

De zusters cisterciënzerinnen bouwden ze uit als echte ondernemers. De abdij werd een hotspot voor pelgrims en een economische mastodont, met dank aan de omliggende landerijen. Het Belevingscentrum doet de wervelende geschiedenis van die bijzondere vrouwen helemaal uit de doeken. We leren bij over weelde, pracht en praal, maar ook over moeilijke tijden van oorlog, ziekte en geweld.

Na die historische rollercoaster is het tijd voor een portie ontspanning in het groen: we trekken de natuur in. De abdij van Herkenrode fungeert namelijk als toegangspoort voor De Wijers. Dat natuurgebied staat ook bekend als het land van 1.001 vijvers. Ooit was het een essentiële plek voor de viskweek. Vandaag is het een prachtig decor voor een wandelavontuur tussen blauw en groen. Dit uitgestrekte landschap is een lappendeken van talloze vijvers, plassen en beekvalleien. Zowel fauna, flora als wandelaars komen er helemaal tot hun recht.   

Na een fijn wandelavontuur in het land van 1.001 vijvers, sluiten we de dag stilaan af. We hebben al aardig wat kilometers op de teller. We keren terug naar onze startplek, het knusse centrum van Hasselt. Moe, maar voldaan gaan we daar de avond tegemoet. 

Die verkenningstocht begint in Sint-Truiden. Deze charmante stad in het hart van de regio draagt honderden jaren geschiedenis in zich. Daar maken we met plezier kennis mee. Eerst trekken we naar de Grote Markt waar het opvallende rode stadhuis meteen in het oog springt.  Dit stadhuis werd begin 18de eeuw gebouwd rond de middeleeuwse hal en het imposante Belfort. De toren van dat belfort vind je een gerestaureerde beiaard met 50 klokken. Dat pareltje is door UNESCO als werelderfgoed erkend.   

Een derde hoogvlieger op dit plein is de Onze-Lieve-Vrouwekerk, een gotische kerk met bijhorende schatkamer. We stappen binnen en worden meteen verrast. We zien muurschilderingen, schitterend meubilair en twee historische orgels. En dan moet de schatkamer nog komen. Daar wordt een weelde aan kerkelijk vaatwerk, reliekschrijnen en -houders, kazuifels, textiel en curiosa uit de middeleeuwen tentoon gesteld. 

We gaan nog even verder op het historische elan. We stappen even door naar de Abdij van Sint-Truiden, de kiem waaruit deze stad is ontsproten. Omstreeks het jaar 650 stichtte de edelman Trudo hier een kleine abdijgemeenschap. Die zou uiteindelijk uitgroeien tot de stad zoals we die vandaag kennen. We trekken onze stoute schoenen aan en beklimmen de duizend jaar oude abdijtoren. Na 196 treden, met onderweg vijf rust- en ervaringsplatforms genieten we van een adembenemend panorama over de streek. De moeite waard. 

Die vergezichten gaan we dadelijk grondig verkennen. Deze fruitstreek met haar glooiende landschap, fruitboom- en wijngaarden is een walhalla voor de fietser. Dus nemen we er opnieuw een gehuurde e-bike bij. Die halen we op aan het station van Sint-Truiden. Van daaruit gaan we op pad, langs Fruitige landschappen met PIT. 

Vastberaden trekken we weg uit Sint-Truiden. Nog voor we het goed en wel beseffen, bevinden we ons in een machtig landschap vol fruitbomen. We kronkelen door het groen, op weg naar een eerste hoogtepunt: de Stroopfabriek. Dit belevingscentrum doet de Haspengouwse fruitgeschiedenis helemaal uit de doeken.

Na deze leerrijke halte, fietsen we rustig verder. Via het centrum van het plaatsje Borgloon, gaat het naar een eerste artistiek hoogtepunt: Reading Between the Lines. Dit zogenaamde ‘doorkijkkerkje’ is opgebouwd uit 100 opeengestapelde staalplaten. Die vormen samen een wel heel bijzondere kerk, boven op een heuvel in de open velden. Door die bijzondere constructie blijft het landschap altijd zichtbaar. Zowel vanop afstand als van dichtbij. Dat maakt het kerkje altijd zowel aan- als afwezig in het landschap.   

Terwijl we nog bekomen van dit ontroerende zicht, fietsen we rustig verder op onze tocht. Via een kronkelende weg tussen velden en dorpskernen komen we langs een volgende smakelijke halte. Kitsberg is een van de vele wijndomeinen in deze streek. Een ideale plek om te proeven van Haspengouws troeven.

Meteen daarna leidt de weg (opnieuw) naar een artistiek kerkje. En nee, we vallen niet in herhaling. Helsheaven is een zwevende kapel, opgebouwd uit de stammen van tientallen kersenbomen. Dat zweeft als het ware boven Haspengouw uit. De combinatie van deze sculptuur en het landschap geeft ons vleugels. 

Die vleugels voeren ons verder, terug naar Sint-Truiden. Terwijl we door het prachtige landschap kronkelen, bereiken we het einde van onze dag én van onze driedaagse in deze fijne, gastvrije provincie. We brengen onze huurfietsen terug naar het station en trekken van daaruit opnieuw de stad in. We zoeken een leuk terrasje, bestellen een heerlijk glas Belgisch bier en we klinken nog een laatste keer, op Limburg.